De geschiedenis van bomen. Het verhaal van de bomen. Ooit ontstond er een spoor, toen er nog geen zaden waren. Dat spoortje groeide uit tot een boom. Eerst was die boom maar een plant en kon nog niet zo goed groter worden. Maar daarna groeide en groeide de boom en werd wel 6 meter hoog. De Archaeopteris. De boom had een mooie wat dikkere houten stam om zo het gewicht van de lengte te kunnen dragen, en wortels in de grond om stevig te kunnen staan. De bladeren waren mooi groen en hadden vrij grote bladeren die uit allemaal kleine v’tjes bestonden, als een soort van varenbladen. En vaten, waarmee het water en voedsel door de boom vervoerd werden. Zo was het 420 miljoen jaar geleden, 420.000.000 jaar geleden. De boom is een oeroude levensvorm.
Sindsdien zijn er vele soorten en maten bomen bij gekomen. De een lang, de ander kort, de een dun, de ander dik, de een met een hobbelige stam, de ander een gladde stam, de ene staat in de jungle waar het warm en vochtig is, de ander in een bos waar het koud en winderig is, de een heeft grote groene gladde bladeren, de andere dunne stevige stekelige. Wat ze allemaal gemeen hebben, is dat ze geen kant op kunnen. Ze staan waar ze staan. Of het nu stormt en regent, het droog is, of warm, en of dat verandert of intenser wordt. En of dat de omgeving verandert; van weiland of bos naar huizen en gebouwen of een weg en dat alles met andere temperaturen, geluiden, geuren, stoffen. De boom blijft staan. De boom staat en groeit.
Bomen worden best oud. Veelvoorkomende bomen in Nederland zijn de eik, beuken & lindes, populieren, wilgen & berken. De eik wordt honderden jaren, de beuk en linde enkele honderden jaren en de populier, wilg en berk tussen de 80-100 jaar. Dat is ouder dan wij kunnen worden. Bomen die je op je dagelijkse route in Nederland passeert, kunnen dus zomaar makkelijk ouder zijn dan jij. De oudste bomen van Nederland zijn de linde van Sambeek (Boxmeer) die 400-500 jaar is en de zomerlinde in Nuenen die 400-600 jaar is (bron: KVBV bosbeheer). Zij staan er dus al sinds de Middeleeuwen en hebben de Tweede Wereldoorlog meegemaakt, de komst van de trein en het vliegtuig, de bouw van heel veel gebouwen en huizen, de komst van heel veel mensen, het klaarmaken van het land voor voedselverbouwing, de aanleg van allerlei kabels onder de grond, de komst van wegen en auto’s, de toename aan geluid, de toename van geluid van mensen en menselijke dingen zoals de auto, naast alle weertypen van wind, regen, storm, kou, warmte en droogte. En ze staan er nog en ze groeien.
De oudste bomen van de wereld zijn de 9.500 jaar oude spar “Old Tjikko’ in Zweden, de 5.100 jaar oude pijnboom in de “Forest of the ancients” in Californië Amerika en de 3.600 jaar oude cipres “Fitzroya” in Chili, Zuid-Amerika (bron: wibnet wetenschap in beeld en Plantsome). In dat seizoen, in die tijd van 10.000 jaar geleden, leefden mensen nog als jagers-verzamelaars, landbouw en een boerenbestaan was net begonnen. Het was veel kouder op aarde dan nu. In de Sahara waren groene bossen, Canada was bevroren, de Noordzee was er niet, je kon lopen van Leiden naar Engeland en in Nederland was een steppe waar mensen op bizons, mammoeten en rendieren jaagden. Er leefden toen maar 5 miljoen mensen op aarde. Die hele oude bomen, die drie die hierboven staan vermeld, hebben dit meegemaakt. En al die andere bomen ouder dan mensen hebben veel gezien. En ze staan er nog. Ze leven en groeien. En dat hebben ze meegemaakt.
Bomen kunnen niet zeggen ‘ik vind dit niet leuk, ik ga weg’. Ze staan waar ze staan. Zij spreken niet dezelfde taal als ons mensen maar zijn daarom niet minder intelligent. Zij hebben honderden miljoenen jaren kunnen leren en zich vaardigheden eigen kunnen maken om te leven en te overleven. Even ter vergelijking. De eerste mens-achtige, de Home Ergaster, was er 2 miljoen jaar geleden, de Homo Sapiens, onze mensensoort, 130.000 jaar. Dat is dus 200 keer korter dan de boom. Bomen zijn daarom misschien wel veel intelligenter dan de mens. Bomen zijn gaan samenwerken met het mycelium in de grond, het grote stelsel van witte schimmeldraden. Bomen wisselen nutriënten ermee uit. Het mycelium is hun communicatiekanaal waarmee ze met andere bomen communiceren of waarmee de moederboom en de jonge scheut met elkaar communiceren. Of waarmee een overleden boom zijn nutriënten afgeeft aan levende bomen. In het mycelium zit net zoiets als een neurotransmitter. Ze wisselen informatie uit over gif, over hoe gelukkig ze zijn, over insecten, afweermechanismes, over ziektes en beschikbaar voedsel (bron: Suzanne Simard). Bomen zijn. Ze staan.
Wat ik zo prettig vind aan het zijn met bomen, of eigenlijk in de natuur is de mooie balans in alles wat leeft. De verhouding tussen mensen en hun menselijke dingen zoals auto’s en huizen, en andere levende wezens zoals vogels, bomen en planten klopt of klopt meer als je omringt bent met ander leven dan als dat je omringt ben met alleen mensen of menselijke dingen. En ook niet levende wezens zoals rotsen en zand. Het maakt dat ik minder belangrijk ben en dat is ontspannend. Ik hoef niet alles te regelen en controleren want alles regelt zichzelf. Ik sta niet aan de top van de piramide maar ben onderdeel van al het leven. De boom staat, leeft en groeit vaak langer dan een mens. Zij regelen zichzelf. Het maakt dat je zakt en makkelijker de verbinding maakt met jezelf en de ander. Je voelt dat je onderdeel bent van een complex geheel. Omdat het een netwerk is, is het stevig vanwege alle verbindingen die er onderling zijn. Het valt niet snel om. Die stevigheid voelt prettig en ontspannend. Bomen maken dat we ons onderdeel voelen van een groter geheel, dat we stevigheid voelen en dat is ontspannend en prettig.
- eigen schrijfsel -
Selected Works
Merkstrategie Auto.nlMarketingcommunicatie
Playful listeningCurated
Suzuki redactieraceMarketingcommunicatie
Het verhaal van bomenMarketingcommunicatie
Suzuki DealercommunicatieMarketingcommunicatie
Renault Twingo introductieMarketingcommunicatie
Social Activatie Renault ClioMarketingcommunicatie
Social Activatie Renault Oma HildaMarketingcommunicatie
Renault linkt online en offline wereld met RFIDMarketingcommunicatie